zaterdag 11 juli 2009

Voedsel uit de stad


Voedselproductie is vrijwel helemaal uit de stad verdwenen. Kunstcentrum Stroom in Den Haag wil met de manifestatie Foodprint ons daar weer van bewust maken. Weer vissen in de Haagse beek? Of tuinieren op balkons?

De Riviervismarkt, de Kalverstraat, de Botermarkt en de Brouwersgracht: namen van straten en pleinen die ons eraan herinneren dat de aanwezigheid van voedsel op straat heel gewoon was. Nu liggen voedingswaren meestal kleingesneden en abstract verpakt in de supermarkt, buiten ons gezichtsveld in alle vroegte aangevoerd door vrachtwagens met roetfilters.

Met de kunstmanifestatie Foodprint wil kunstcentrum Stroom in Den Haag ons weer bewust maken van de invloed van voedsel op de cultuur, de inrichting en het functioneren van steden en van Den Haag in het bijzonder. Twee jaar lang zijn er allerlei manifestaties, educatieve programma's en activiteiten te beleven. Daarmee wil Stroom onder meer de discussie aanzwengelen over de relatie tussen voedsel van stadsbewoners en zijn producenten. De voedselproductie terug brengen naar de stad of ten minste zichtbaar maken kan het bewustzijn van de waarde van voedsel versterken, dat is het doel. Ook kan het een bijdrage leveren aan een groene, gezonde, leefbare en duurzame stad.

Stadsontwerpers zouden ook veel meer rekening moeten houden met het belang van lokale voedselproductie, vindt Carolyn Steel, schrijfster van het boek Hungry City. Zij beziet als architecte steden vanuit het perspectief van de voeding. Overvloedig aanbod van goedkoop voedsel in de stad lijkt vanzelfsprekend, maar Steel waarschuwt dat dit in de nabije toekomst wel eens zou kunnen veranderen. Het is daarom belangrijk dat architecten en stadsplanners in hun ontwerp van steden ook aandacht besteden aan plaatselijke voedselvoorziening.

Voedsel behoort tot onze eerste levensbehoeften, betoogt zij onder meer. Toch zijn er maar weinig mensen die het grote belang van de stedelijke voedselketen onder de ogen durven te zien. Er hoeven namelijk maar een paar kanalen uit te vallen en de hele voedselproductie stokt. Om onze eigen onafhankelijkheid van lange distributiekanalen te verminderen, zouden we onze voortuintjes om moeten toveren tot moestuintjes.

Een team van kunstenaars, ontwerpers, agrariërs en andere deskundigen gaat voor Foodprint de komende twee jaar de voedselvoorziening van Den Haag onder de loep nemen. Interessant om te vernemen wat daaruit komt. Enkele geopperde ideeën zijn een tilapiakwekerij op de Binckhorst en moestuinen in de Schilderswijk. Dus waarom ook geen groentetuinen op platte daken? Of fruitbomen in het Haagse Bos? Je eigen vis uit de Haagse Beek opvissen? Of weer koeien op de Koekamp neerzetten?

Voedsel dat je zelf plukt of bij elkaar scharrelt heeft op een of andere manier een bijzondere waarde. De oogst van aardbeien in de eigen achtertuin reken ik tot de kleine genoegens van het leven. Alsof ik - net als mijn agrarische voorvaderen - weer even zelfvoorzienend ben.

Toch is voedsel gewoon al direct verkrijgbaar in de stad. Onlangs waren we in een verborgen oude kloostertuin in het stadscentrum, waar ze peren zo voor het plukken hingen. Het Haagse Bos staat vol met brandnetels, paardebloem, zevenblad en andere eetbare planten.

Eten wat de stad schaft, dat kan dus al. In Leiden wijst Barbara stadsbewoners de weg op haar blog Wildplukker en op haar kaarten van Eetbaar Leiden op Google Maps. Daar geeft ze precies aan waar vlierbessen, tamme kastanjes en eetbare paddestoelen te vinden zijn. Direct je voedsel bij elkaar scharrelen in bebouwd gebied, je moet er vooral even oog voor hebben.


Verder lezen:

Stel je dit artikel op prijs? Abonneer je dan op de nieuwe webposts van Ideeënmaker. Kies linksboven jouw rss-feeder en je ontvangt bericht als ik weer een nieuw artikel geschreven heb.

Share/Save/Bookmark

1 opmerking:

Wildplukker zei

Augustus is oogstmaand! Ik verheug me er nu al op :-)

Barbara