donderdag 11 mei 2006

Het geheim van het ware reizen

Alle mooie ervaringen op deze wereld zijn te koop, ook zonder eigen inspanningen. Er zijn zelfs T-shirts op de markt met voorbedrukte zweetplekken onder de oksels. Maar als je die ervaringen – hoe mooi en indrukwekkend ook – niet zelf doorleefd hebt, voel je achteraf alleen maar leegte. Die je vervolgens alleen maar kunt vullen door een nieuwe prikkeling te zoeken.

Dat betoogt Susanne Piët in het boek De Emotiemarkt, de toekomst van de beleveniseconomie. Het boek is alweer uit 2003, maar het lijkt alsof allerlei zaken die ik zelf signaleerde, door dit boek ineens op zijn plek vallen. Het oppervlakkige zoeken naar gelukservaringen leidt tot niets. Hoe meer geluksgevoel men najaagt, hoe afgestompter men juist raakt.

Piët schrijft:
“Omdat prikkeling, die niet door eigen investering en inspanning verkregen is, weinig méér oplevert dan een oppervlakkige tijdelijke kickervaring gevolgd door een gevoel van leegte, of hooguit een zucht naar meer, is de mens op zoek naar de gouden formule. Merkwaardig genoeg blijken juist kunstenaars, sporters, schakers, componisten, bergbeklimmers en balletdansers die formule als de beloning voor het lijden wel te kennen: flow. Dat betekent eigenlijk dat je een ander doel in je leven moet hebben dan genot en geluk. Aanvaarding van de narigheid is een vereiste voor ontvankelijkheid van geluk.”
Vermoedelijk geldt dat ook voor het maken van lange reizen. En daar had ik juist weer enorme zin in gekregen, de verhalen lezend in het boek Hoe word ik een wereldreiziger, waarbij ik ook zelf een hoofdstuk over reizen met kinderen heb geschreven. Al die avonturen, al die belevenissen, dat moet toch geweldig zijn!

Instant-reizen bieden dat geluksgevoel in ieder geval niet, begrijp ik van Piët. Reizen door een exotisch land, langs fantastische resorts, geweldig eten, prachtige uitzichten en ook nog een wandelingetje door een slum (wel op veilige afstand), dat biedt bepaald niet de doorleefde ervaring die de ware flow op kan leveren.

Ook uit eigen ervaring weet ik dat al die prachtige paleizen die we ooit bezocht hebben, de geweldige uitzichten en al die andere fantastische dingen die we beleefd en gezien hebben, nooit de hoofdmoot hebben gevormd in onze reisverhalen achteraf. Dat waren wel de afmattende bustochten, de opmerkelijke ontmoetingen met mensen, de slopende bureaucratie in India, de strijd zelfs om het hoofd boven water te houden (ook letterlijk, in het Amazonegebied, toen ik door de harde stroming de oever niet meer opkwam).

Een reis waarbij je iets doet dat je werkelijk raakt, waar je moeite voor doet, dat kan dus het enige zijn dat daadwerkelijk iets oplevert.

Bij het zoeken naar zingeving, eigen identiteit en betekenis gaat het allemaal om het hebben van een verhaal. Niet een gekocht verhaal in de vorm van merkkleding of een rondreis door Indonesië, maar een authentiek verhaal. Mensen willen daarvoor persoonlijke investeringen doen en het comfort achter zich laten.

Nogmaals Piët:

“Over de hele wereld reizen mensen, de kleinste groep uit vrije wil voor veel geld, de grootste groep evenzo vaak min of meer gedwongen voor veel geld. Zij heten in variatie toeristen, reizigers, gastarbeiders, vluchtelingen, asielzoekers, nomaden, zigeuners of daklozen. Wat zij met elkaar gemeen hebben, is dat zij in nieuwe gebieden aankomen en een nieuwe ervaring vormen voor de oude populaties daar. En andersom. Alle mensen zijn uniek omdat zij drager zijn van een verhaal.”
Misschien is dat ook wel het geheim van Arita Baaijens, gepassioneerd reiziger door woestijnen. In bezienswaardigheden is zij volstrekt niet geïnteresseerd, en al helemaal niet in het bezoeken van zoveel mogelijk landen. Het gaat haar om het exploreren van die ene woestijn waar zij verliefd op is geworden, en waar zij maandenlang eenzaam bivakkeert. En over schrijft. Want zij heeft een uniek verhaal te vertellen.

Geen opmerkingen: